No. 41 22 Januari 1945 ------------------------------------------------------------------------- FRONTNIEUWS WESTFRONT. Ten Noorden van Sittard heeft her Engelsche leger verschillen- de plaatsjes in Limburg en Duitschland veroverd, o.a. Stevensweerd; de weersomstandigheden zijn echter zeer ongunstig en de tegenstand der Duit- schers is hardnekkig. In de Ardennen gaat de geallieerde opmarsch voort, zij staan 3 km van Vianden en 5 km van St. Vith. In Luxemburg is Diekirch veroverd. Duitsche aanvallen ten N. van Hagenau, werden afgeslagen, even- als vanuit hun bruggehoofd ten N. van Straatsburg; ten Z. van Straatsburg heeft het Fransche leger een aanval ingezet over een front van 40 km in een hevigen sneeuwstorm; de Franschen zijn 5 km opgerukt. LUCHTFRONT. Zaterdag werden o.a. rangeerterreinen bij Rheine en Heilbronn en Rijnbruggen bij Mannheim aangevallen. Bij Osnabrück 32 locomotieven beschadigd. Vanuit Italië werd het spoorwegverkeer in Joego-Slavië en het verkeer naar het Oostfront aangevallen, o.a. Linz en olieopslagplaatsen te Regensburg. OOSTFRONT. Van de Oostzee tot aan de grens van Hongarije zijn de Russen nu in het offensief. In Oost-Pruisen werden Tilsit en Gumbinen veroverd en rukken de Russen op naar Insterburg. Het tweede leger is om Insterburg heen getrokken en staat nog 70 km voor Koningsbergen. Ten Noorden van War- schau rukt maarschalk Rogosowsky eveneens Oost-Pruisen binnen en is reeds halverwege Warschau-Dantzig. Hier werden o.a. Soldau en Chorzele genomen. De grootste vooruitgang is ten Westen van Warschau gemaakt. Hier werd in 3 dagen 1/3 van de afstand Warschau-Berlijn afgelegd en werd Kolo geno- men op 175 km van Warschau. De afstand naar Berlijn bedraagt nog 350 km. Alle tegenstand is hier onder den voet geloopen. De Russen zijn hier de Warthe reeds overgestoken. In Silezië zijn de Russen over een front van 90 km 30 km diep opgerukt en hebben in 9 dagen meer dan 300 km afgelegd. Er is een front van 150 km dwars door Slowakije gevormd; de Russen hebben hier Neu Sandek en de versterkte plaatsen Presow en Kaschau genomen. Himmler heeft een bezoek aan Silezië gebracht, waar de Volkssturm is op- gesteld om aan den strijd deel te nemen. Dit zijn mannen van 50 jaar en ouder, en jongens van 16-17 jaar; het zijn boeren, ambtenaren e.d. die tot nu toe achter het front werkzaam waren. Alle weerbare mannen uit het mobi- lisatiecentrum van de S.S. zijn ook opgeroepen. VERRE OOSTEN. Op Luzon zijn de Japansche strijdkrachten door de Amerikaan- sche opmarsch vrijwel in tweeën gesplitst. Volgens McArthur wordt de te- genstand van de Japansche linkerflank minder krachtig door de zware ver- liezen aan manschappen en materiaal. De Amerikanen zijn op eilanden tusschen Leyte en Cebu geland; na eenige aanvallen met vliegtuigen hebben de Japanners geen verzet meer geboden. BIRMA. De gehele weg door Birma is door de Chineezen van Japanners gezui- verd. De Britten rukken op naar Mandalay. DIVERSEN. Het uitvoerend politieke comité van de EAM en ELAS heeft bevel gegeven, dat de troepen de burgers, die als gijzelaars gevangen werden ge- houden, moeten vrijlaten, behalve hen, die beschuldigd worden van misda- den of collaboratie. Verder heeft het comité de Conventie van Genève er- kend en wordt aan vertegenwoordigers van het internationale Roode Kruis de vrijheid gegeven de voedselvoorziening, medische hulp, etc. te verzor- gen. Het comité van de EAM heeft aan het Int. Roode kruis brieven medege- geven voor de leiders der groote mogendheden en den Regent. In Grieken- land hoopt men dat de EAM op de uitnoodiging over vredesonderhandelingen ingaat. Franklin D. Roosevelt is voor de 4e maal geïnstalleerd als President der Vereenigde Staten van Noord Amerika. De voorloopige Hongaarsche regeering heeft een wapenstilstandsverdrag met de geallieerden gesloten. Hongarije zal oorlogshulp verleenen en in 6 jaar 300 millioen dollar betalen. LAATSTE NIEUWS. In Silezië zijn o.a. Kreuzburg, Rosenberg en Gutentag ver- overd. In Oost-Pruisen o.a. Tannenberg en Neidenburg. De vredesonderhandelingen in Griekenland met de EAM beginnen Donderdag a.s. -o- -2- HELDEN-GEDENKDAG. Wij herdenken de volgende heldhaftige groote werkgevers: VROOM EN DREESMANN, Amsterdam. Bij deze firma werden voor vijftien van de veertig daarvoor in aanmerking komende employe's Ausweise aangevraagd. Dit werd gedaan door een zekeren heer Berendsen, doch aangenomen moet worden, dat deze geen stap mag verzetten zonder toestemming van den Heer W. Dreesmann. HOLLANDSCHE BANK-UNIE. Konden de bankbedienden een formulier in- vullen, waarbij zij hun directie verzochten, een Ausweis voor hen aan te vragen. Listig bedacht dus, want de directie kan dan steeds beweren, de aanvraag alleen op uitdrukkelijk verzoek van den betrokkene te hebben ge- daan. Van dertig daarvoor in de termen vallenden teekenden slechts twee. NEDERLANDSCHE FORD. Deze groote en Amerikaansch getinte maatschappij heeft haar personeel ongevraagd verblijd met Ausweise. Om zich populair te maken, heeft zij deze zorgen zelfs uitgestrekt over wachtgelders. Ausweise kosten namelijk geen geld, hetgeen zwaar weegt bij deze money- makers, die oogenblikkelijk de salarisbetaling staken, als een employé gearresteerd wordt wegens een of ander echt of vermeend politie vergrijp. UITGEVERIJ OPBOUW. Dit is een Duitsche firma, directeur J. Kaspar, pro- curatiehouders J.Hulsekamp en W.Bondsma. Het personeel heeft daar de keuze gekregen tusschen een wachtgeldregeling of werken met een Ausweis. De houding van elk dezer ondernemingen bewijst weer eens duidelijk, dat het er steeds bij de werkgevers om te doen was, hun bedrijf aan den gang te houden. Waarom vraagt V&D vijftien Ausweise aan, in plaats van veertig? Omdat V&D weet, dat men die veertig toch niet krijgt. Maar als die vijf- tien gelukkigen met een Ausweis dan al uit den nood geholpen worden, dan laat men die overige vijf en twintig dus blijkbaar maar in den steek. "Opbouw" komt er al heel eerlijk voor uit. Wie salaris wil hebben, moet werken, anders is het zonde van het geld. Wie niet een Ausweis wil hebben, wordt maar wachtgelder en komt ten laste van Sociale Zaken, vanwaar men in snel tempo in den Arbeitseinsatz verhuist. De weinig vaderlandslievende houding van sommige werkgevers wordt op treffende wijze beschaamd door de houding van vele werknemers. Wij brengen hulde aan de bankbeambten, gelijk wij ook ons saluut brengen aan de ambte- naren in den buitendienst van den Raad van Arbeid, die eveneens vrijwel allen geweigerd hebben, een Ausweis in ontvangst te nemen. -o- SOLIDAIR ! Het aannemen van een Ausweis is wel niet uitdrukkelijk door de regeering verboden, doch getuigt van weinig vaderlandsliefde, en weinig solidari- teit. Het eigen lijfsbehoud, het eigen levensbelang mag hierbij niet steeds zoo op den voorgrond geschoven worden. Belangrijker dan de vraag: hoe blijf ik er buiten, is wel deze: wat doe ik, als ik een Ausweis aan- neem ? Wie een Ausweis vraagt of krijgt, zegt eigenlijk tegen de Duitschers: "Neem mijn buurman maar mee, als je mij maar laat blijven". Een derge- lijke houding is lafhartig en verradelijk. Juist zij, die in voor de Duitschers belangrijke bedrijven werken, moe- ten weigeren een Ausweis aan te nemen, en tenminste weigeren, zich daar- van te bedienen. Want als de Duitschers eenmaal weten, dat zij bij razzia's de kans loopen voor henzelf onmisbare menschen mee te nemen, zullen zij zich wel wachten, de Nederlanders op te pakken en zoo hun stroomlevering en andere bedrijven stil te leggen. Daarom: vraagt geen Ausweis; aanvaardt geen Ausweis. Weest Solidair ! -o- Zondagavond sprak den Doolaard vanuit Londen. Naar aanleiding van het Russische offensief, wees hij o.a. op de ontzaggelijke krachtsinspan- ning der Russen bij Stalingrad, waar de Russen de fortuin dwongen te keren. Verder herinnerde hij aan Groot-Brittannië in 1940, dat toen op zijn grondvesten schudde onder de Duitsche razernij. Elk volk beleeft zoo'n oogenblik waarop het alleruiterste gevergd wordt, terwille van zijn voortbestaan. Dit oogenblik beleven wij thans. -o- -3- GEEN EVACUATIE DER MANDAATGEBIEDEN. Eenigen tijd geleden citeerden wij een brief uit een grensplaats in Duitschland, waarin werd vermeld, dat de bewoners geen bezwaar hadden tegen annexatie door Nederland, mits deze niet gepaard gaan met evacu- tie. Wij merkten hierbij op, dat de Duitscher nog steeds niet schijnt te beseffen wat "unbedingte Kapitalation" beteekent. Een lezer vraagt ons nu of wij van oordeel zijn, dat ook de gebieden welke wij onder onzen economischen invloed willen brengen, geëvacueerd moeten worden. Het antwoord hierop luidt vanzelfsprekend: neen, want wij hebben als onze opvatting verkondigd, dat bepaalde grensgebieden niet slechts in economisch opzicht, maar ook cultureel onder invloed der Westersche mo- gendheden gebracht moeten worden, en dit laatste is slechts mogelijk, wanneer zij met Duitschers bevolkt zijn. Alleen die gebieden, waarvan wij annexatie eischen, dienen geëvacu- eerd te worden, omdat wij ze opeischen als schadevergoeding voor de door den vijand opzettelijk, wederrechtelijk en volkomen zonder eenige nood- zaak aangerichte verwoestingen. Het te annexeeren en dus te evacueeren gebied is niet van ontzagwek- kenden omvang, al zullen wij ook niet al te bescheiden moeten zijn, zoo- als zoo dikwijls in den loop onzer geschiedenis het geval was. Wat wij eischen is vergoeding van schade, als boven omschreven; vergoeding in grond, waarvan de oppervlakte berekend wordt naar de toegebrachte scha- de, volgens economische maatstaven dus, en volgens geenerlei andere. Men heeft wel tegengeworpen, dat het gewoonte is om met natuurlijke grenzen te werken bij annexaties, en dat ook wij aan deze gewoonte niet zullen kunnen ontkomen. Deze tegenwerping doet eenigszins verwonderlijk aan, wanneer men onze landsgrenzen bekijkt, waarbij van natuurlijkheid geen sprake is. Zij zijn de grilligheid zelve. Het doet er dus bijster weinig toe, hoe onze grenzen na de annexatie precies zullen verloopen; een beetje meer gril- ligheid komt er niet op aan. Laat ons thans terugkeeren tot de zeer groote gebieden, welke onder economischen en cultureelen invloed van het Westen moeten komen, en waar- van wij ons deel opeischen, omdat wij een cultuurstaat zijn van den eer- sten rang. Deze gebieden zijn het best te qualificeeren als mandaatge- bieden A, zooals in het Volkenbondspact omschreven. Dergelijke gebieden hebben leiding noodig van vreemde mogendheden, welke leiding beoogt ze te ontwikkelen tot dat peil van beschaving, waar- op hun politieke, economische en cultureele zelfstandigheid kan worden toegekend. Hoe men ook moge denken over het "Volk der Dichter und Denker", vast staat, dat sinds 1933 - en gedeeltelijk ook reeds voordien - in alle op- zichten volkomen moreel vergiftigd is door het nazi-régime, zoodat het in zijn geheel opnieuw zal moeten worden opgevoed. Dit is een ontzaggelijk probleem, waarvoor de wereld zich geplaatst ziet. Het is uitgesloten, dat dit door en door verdorven, want vernazi- ficeerde volk, in eenig opzicht aan zijn lot kan worden overgelaten en zijn eigen weg zal mogen gaan. Wij moeten niet vergeten, dan de geheele Duitsche jeugd besmet is met allerlei satanische denkbeelden omtrent goed en kwaad. Deze jeugd is de toekomst van de Duitsche Staten, wier overige - dus niet jeugdige - bevolking evenzeer verdorven is, waarmede dan gezegd is, dat de Duitschers zoowel wat betreft de huidige generatie als de toekomstige, of eenige toekomstige generaties, gevaarlijk zijn en onder toezicht van een mandataris gesteld moeten worden. Natuurlijk is hierbij geen sprake van evacuatie, aangezien anders het beoogde doel wegvalt. Ook zullen wij zeker niet de politiek van Japan volgen, dat zich mandaatgebieden liet toewijzen, en ze toen bij zijn rijksgebied voegde. Dergelijke practijken behooren bij roofstaten, zoo- als het land van de rijzende zon, het Derde Rijk, Italië en wat dies meer zij. Wij willen en zullen eerlijk onze taak vervullen t.a.v. een volk, dat ons diep griefde en onmetelijk benadeelde, omdat wij willen medewer- ken aan de reorganisatie van ons werelddeel, want wij willen blijven wat -4- wij zijn: een cultuurstaat van den eersten rang, bewust van zijn taak in de wereld. -o- EEN EENTONIGE HISTORIE. In Haarlem worden alle pakhuizen geplunderd. In Amsterdam gaat het leegrooven der winkels voort. Donderdag 18 dezer werd al het op het Amsterdamsche abattoir aange- voerde vleesch in beslag genomen, zoodat geen vleesch voor zieken be- schikbaar meer is. Aangezien er meer vleesch was aangevoerd, dan on- middelijk voor de consumptie door den vijand noodig was, is dit teveel in koelhuizen opgeslagen. Het is mogelijk, dat bij een volgende aanvoer van vleesch voor de zieken de vijand eenig vleesch zal vrijgeven. Gegarandeerd hieromtrent kan echter niets worden. Wij zijn overtuigd, dat dit verhaal eentonig wordt, maar tegenover de hardnekkigheid, waarmede de vijand blijft volhouden, dat het voedsel- tekort alleen aan ons zelf te wijten is, zullen wij even hardnekkig zijn voortdurende diefstallen blijven bekend maken. Er is slechts een, die in ons land de voedselnood veroorzaakt, en deze eene is: de vijand. Wat Seyss Inquart en zijn rotgenooten ook mogen liegen, zij kunnen nooit verdoezelen, dat zij, en niemand anders opzettelijk honger en nood in ons land verwekken uit laffe wraakzucht, omdat ons volk zich niet wilde bekennen tot het nationaal-socialisme; uit laagheid van karakter, en om de verwarring hier te lande zoo groot mogelijk te maken vóór zij van hier verdreven worden. Wij zullen niets vergeten, niets, volstrekt niets. Wij noteeren, registreeren ijzig koel alle schanddaden, welke hier bedreven worden door den vijand, opdat wij niets vergeten zullen op de rekening, welke hem zal worden aangeboden. -o- OOK GIJ, FRANCO! Voor enkele maanden liepen er geruchten omtrent het voorgenomen aftre- den van Franco, welke zich zoo duidelijk als canard deden kennen, dat wij ze niet vermeld hebben. Dictatoren treden niet vrijwillig af. Franco zit dan ook nog rustig in Spanje, waar hij de fascistische idee in eere en in practijk houdt, ofschoon hij sinds eenigen tijd coquetteert met democratische allures, welke hem natuurlijk slecht afgaan. Bovendien is alles wat hij in dit opzicht doet comedie, en de Britsche minister Anthony Eden had gelijk, toen hij als lid van Chamberlains ka- binet verklaarde, dat dictatoren niet te vertrouwen zijn. Dit woord van Eden geldt nog steeds, ook voor Franco. Dank zij de armzalige kleine politiek der groote mogendheden, onder aanvoering van Chamberlain, - men denke o.a. aan de comedie van het tel- len der vrijwilligers - heeft Franco toen het pleit gewonnen. En aange- zien thans de dictatuur in discrediet raakt, hengelt hij naar steun en begunstiging van de democratische wereld. Italië is sinds lang verslagen; het Derde Rijk nadere zijn einde. Vrienden bezit Franco niet veel in de wereld, en die, welke hij bezit, liggen op sterven. Misschien zal hij sommigen kunnen overtuigen van zijn veranderde in- zichten, maar wij gevoelen ons veiliger bij de uitspraak van minister Eden. Wij vinden het veiliger en verstandiger om hem niet te vertrouwen. En daarom herinneren wij ons met vreugde een uitspraak van President Roo- sevelt, behelzende dat er nergens ter wereld een spoor van fascistisch régime zal worden overgelaten, terwijl het ons bovendien verheugde Winston Churchill te hooren verklaren, dat Groot-Brittannië evenmin Italië als Spanje noodig heeft. Franco zal moeten verdwijnen, ondanks zijn draaierijen. De tijd der dictatoren is voorbij. ---