SYLLABUS 1.

Cursus: De christelijke idee als aardse werkelijkheid.

De komst van het christendom betekende, dat de mens zich ging begrijpen naar zijn wezen. Natuurlijk was dit begin nog geen werkelijk begrijpen, aangezien het denken nog niet veel zaaks was.

Het wezen is absoluut. Dit is men zich aanvankelijk slechts bewust bij wijze van vermoeden. Het wordt geloofd en dit leidt tot een complex van gevoelvolle voorstellingen - het katholicisme.

Het nieuwe inzicht doet opnieuw het besef ontwaken van de tragiek van het bestaan. Naar zijn wezen immers is de mens absoluut, d.w.z. oneindig en eeuwig, maar doordat hij bestaat, is hij eindig en tijdelijk.
Door zijn bestaan is hij tevens gedoemd te verdringen en onrecht te plegen.

India, dat meedoet in het ontstaan van het christendom, zoekt aan deze doem te ontkomen door niet-doen, maar vervalt daardoor in de zonde der nalatigheid.

Wij worden geboren met een gegeven lijfelijkheid en karakter en zijn daardoor als het ware gevangenen.

Het besef van de wezenlijke absoluutheid zoekt de oplossing in het (oer-oude) geloof van het eeuwige leven na de dood.
Maar een eeuwigheid met een begin is een slechte oneindigheid.
De eeuwigheid heeft begin, noch einde.
Voor de menigte echter is de slechte oneindigheid voldoende.

De middeleeuwse mens begint in zijn primitieve christelijkheid met zich blind te staren op het hiernamaals. Hij kijkt voornamelijk naar den hemel.
Maar deze eenzijdigheid wreekt zich. De realiteit van het aardse bestaan valt niet te loochenen.

Reactie: de renaissance, het humanisme en het protestantisme.

De renaissance is in zeker opzicht een terugval in de natuur en dus ook een doorslaan naar de andere kant van de christelijke zedelijkheid.
Als de kunst herstelt zij de zedelijkheid op aards niveau, maar voor het overige slaat zij door naar onchristelijke onzedelijkheid: de afschuwelijke gewelddadigheid der renaissance.
Ook de Heilige Stoel doet daaraan mede. Paus Julius heeft de bijnaam de Verschrikkelijke.
Omdat het inzicht in het wezen van den mens geboren was, moest dus opnieuw een reactie optreden.
Rome keert klakkeloos terug tot het oude standpunt, maar niet allen volgen dit voorbeeld. Tengevolge van de geestelijke verwarring omstreeks 1500 (gevolg van de vele ontdekkingen) zijn er velen, die gaan denken over de mens en zijn waarheid.
Merkwaardige figuur: Erasmus.

---