SYLLABUS 2. Cursus: De onbewuste ondergrond van onze catastrophale wereldsituatie. Het Ik verhoudt zich tot het onbewuste als het punt tot de ruimte. Bewustzijn verhoudt zich tot onbewustzijn als licht tot duister. Het voorpersoonlijk onbewuste is een geheel van mogelijk- heden inclusief bewustzijnsmogelijkheden. Het Ik als gedachte verhoudt zich negatief tot de natuur en het driftleven, dat het zelfheerlijk Ik dreigt te overwel- digen. Zolang het Ik zijn schaduwzijde en het Zelf niet wil kennen, vecht het tegen een onbekende vijand in het duister, want duister en onbekend zijn hetzelfde. Het onbewuste is de levensdrift, is om te beginnen sexueel- agressiviteit. De levensdrift heeft twee componenten, die niet gescheiden optreden. In het ontwikkelingsproces wordt sexualiteit erotiek en deze liefde. Sexualiteit: de ander is middel voor de natuurlijke lust van de een. Erotiek: beiden zijn elkaars middel voor aesthetisch genot. Liefde: beiden zijn elkaars middel voor ethische vreugde. Agressiviteit: de ander is middel voor de natuurlijke lust van de een. Sport en spel: beiden zijn elkaars middel voor aesthetisch genot. Scheppende arbeid: (in de ruimste zin, dus incl. kunst en wetenschap: beiden zijn elkaars middel voor ethische vreugde. Voor zoverre het onbewuste zich niet langs de erkende ka- nalen kan afreageren, wordt de spanning steeds groter, waarbij uiteraard de agressieve component de vorm aangeeft. De sexualiteit is de natuurlijke vorm van Eros; de agressi- viteit van Thanatos (dood). Eros en Thanatos gaan gepaard; want opgaan in een hogere eenheid is zelfopheffing. De agressieve component heeft verschillende maatschappelijk erkende wegen, waarlangs hij zich rechtstreeks kan afreageren; de sexuele component heeft maar een zo'n weg: het huwelijk. De tijdelijke verhouding, prostitutie en onanie worden maat- schappelijk veroordeeld. Door de echtscheiding en daarop volgend nieuw huwelijk te erkennen is de tijdelijke verhouding erkend, maar slechts in de vorm van het huwelijk. Rechtstreekse gevaarlijke vormen, waarin het onbewuste zich tegen het individu doorzet zijn: de neurose, krankzinnigheid, moord, mishandeling (lichamelijk en/of moreel) en zelfmoord. De collectieve zelfmoord is de oorlog. Niet gevaarlijk is de rechtstreekse vergeestelijking door ascetisme. Moord, mishandeling en sexuele losbandigheid zijn de meest voor de hand liggende middelen; een dictator kan hierbij schuld- gevoelens opheffen. Sexuele losbandigheid impliceert verachting voor de vrouw. Men noemt deze losbandigheid: zich uitleven. Uitleven is niet de juiste weg. Men moet zijn schaduwzijde doorleven, d.w.z. zich bewust maken wat men eigenlijk allemaal verlangt te doen, ook eventl. perversiteiten. Wanneer men zicb daarvan bewust is, kan men ze onderschikken aan de wil. Wat in de verbeelding beleefd wordt, werkt bevrijdend. ---