SYLLABUS 3. Cursus: De onbewuste ondergrond van onze catastrophale
wereldsituatie.
Op alle cultuurgebieden zijn momenteel verschijnselen waar te nemen, waaruit blijkt, dat het bewustzijn niet meer als het allesbeheersende wordt opgevat. De theoloog Karl Barth zegt bijv. dat wij uit de bijbel niet in de eerste plaats gods woord moeten trachten te be- grijpen, maar dat het lezen ervan ten doel moet hebben het te horen. Bonhoeffer: God is als werkhypothese weggevallen. Wij ver- keren voor God als wij zonder hem leven. Bergson is een wijsgeer, die denkt op de wijze van de kunstenaar. De geest is spontaniteit; de rede rhythmeert de schepping. Het begrip tijd moet plaats maken voor het begrip duree (duur); het denken voor de intuïutie. Het existentialisme. Drie belangrijke gedachten: 1) de oneindige verantwoordelijkheid wegens het oneindig door- werken van wat wij zeggen en doen; 2) de innerlijke ervaring der eenheid; 3) de innerlijke ervaring der eenzaamheid door ons geworpen zijn in het Zijn. 1) en 2) zijn primitief. 3) is modern, want de primitief is niet verloren in het Zijn, hij leeft in alles mede, ook in de dode dingen, want niets is dood; alles is geladen met mana en leven is een vorm van mana. De gedachte der geworpenheid in het Zijn brengt de mens terug naar het punt, waarvan hij lang geleden vertrok, toen het individuatieproces werkelijk begon en hij alleen stond tegenover het Noodlot. Het existentialisme stelt de menselijke grootheid tegenover het Noodlot om het zin te geven. De magische mens wil het An- dere bedwingen en staat er dus anders tegenover dan de moderne. De eenzaamheidservaring roept de angst wakker. De angst is ook reeds bij de primitieven aanwezig en vloeit voort uit de oersplitsing tussen individu en buitenwereld, maar bij de primitieven zijn de grenzen nog vloeiend. Leven betekent: staan voor een ongelimiteerd aantal moge- lijkheden en zelf een ongelimiteerd aantal mogelijkheden zijn. Uit het staan-voor vloeit het taboe voort. De mens weigert reeds van den beginne de natuur en het leven te aanvaarden, zoals zij zonder meer gegeven zijn. Natuur en leven zijn meer dan dat. Dit meerdere geeft hij aanvankelijk de gedaante van geesten en goden. Wij modernen hebben de splitsing verder en verder gedreven en ons een nieuwe angst bezorgd door het abstraheren; wij zijn in abstracties vastgelopen. Het abstracte denken is heersen en verantwoordelijkheid nemen. Het terugkeren in de moederschoot is het tegengestelde. Doordat wij te ver naar één kant gegaan zijn (het toegespit- ste verstandelijke denken) zoeken wij thans evenwicht. Vandaar theosophie, anthroposophie, Christian Science, astrologie en de grote belangstelling voor parapsychologie, maar ook het ver- langen naar een opnieuw geloven in de mythe. Ook op het gebied der modernste wetenschap zijn talrijke overeenstemmingen te constateren met het primitieve bewustzijn. ---