SYLLABUS 2

Cursus: Individu en gemeenschap.

De handhavers van gezag en orde verzaken hun plicht jegens de staat. Geen enkele staatsordening deugt; heilstaten zijn utopieën.
In de wereldgeschiedenis tracht de idee der gerechtigheid voortdurend zich tot gelding te brengen. Verder dan trachten kan het niet komen. Alles wordt, ook de gerechtigheid, en zo blijft dan de ongerechtigheid voorondersteld in het proces van de staatsontwikkeling.
Recht, ook het geschrevene, impliceert nog geen gerechtigheid.

Hegel zag de Franse revolutie als het keerpunt in de geschiedenis, omdat zij het denken tot meester over de werkelijkheid maakte, terwijl het zich voordien richtte naar de toevallige werkelijkheid.
Staat en maatschappij moeten dienovereenkomstig veranderd worden.

Marx stelt de maatschappelijke en economische kategorieën in de plaats van Hegels filosofische begrippen en zegt, dat het bestaan van het proletariaat Hegels theorie alsook de burgerlijke maatschappij ter discussie stelt. Het proletariaat is een totale negativiteit, het onrecht zonder meer. (Niets is zonder meer.) Recht en vrijheid verkeren zich tot de ongerechtigheid en dienstbaarheid. De waarheid is niet verwerkelijkt. (Allicht niet.)

De critiek op de maatschappij is een kwestie van historisch- sociale praxis.

Marx heeft Hegel niet begrepen. In het proletariaat openbaart zich de onrechtvaardigheid van het burgerlijk oordeel.
De veroordeling hiervan was het socialisme, o.a. het marxisme.

Met het aan de macht komen van de burgerij begon de staat weg te zakken in de maatschappelijke sfeer.
Politiek werd economische politiek. Het leidinggevende beginsel werd de hebzucht, erkend als het recht op ongelimiteerd bezit.

In de massaproductie en het weggooiproduct verschijnt thans de onhoudbaarheid van het burgerlijk oordeel, want heft het bezit zich op. Vooralsnog geschiedt dit op de verkeerde wijze door het stimuleren der begeerten. Begeren bewerkt onvrijheid.

De burgerlijke wereld veroordeelt zichzelf door de ontzaglijke armoede in de wereld en haar gewetenloosheid daartegenover.
De veroordeling komt tot uitdrukking in de protesterende groepen.

Het gaat er niet om het recht op bezit op te heffen, maar wel op ongelimiteerd bezit.
De grote bron hiervan is het handels- en industriekapitaal voorzoverre dit particulier bezit is; daardoor is het de grote bron van veel - meer - meest; van rijkdom en dus van armoede.

---
70/2