No. 64 16 Maart 1945 ------------------------------------------------------------------------- FRONTNIEUWS. WESTFRONT. Het bruggehoofd bij Remagen is verder uitgebreid; de Amerik. staan nog 1 km. van den autoverkeersweg Keulen-Frankfort. De Amerik. hebben de heuvels bezet en komen nu in terrein, dat beter voor tanks geschikt is. Vlgs. correspondenten is de 1e phase van het bruggehoofd thans afgesloten en zijn de geall. in staat een uitval te doen. Ten Z.W. van Coblenz is een bruggehoofd over de Moezel gevormd van 15 km. breedte en 4 km. diepte. Tusschen Saar en Rijn valt het 7e Amer. leger over een front van 80 km. aan en is 5 km opgerukt. Het 3e Amer. leger maakte voortgang ten Z.O. van Trier en veroverde Weisskirchen. De vijand kon zijn zwaar materiaal niet medenemen over den Rijn wegens gebrek aan benzine en transportmiddelen. Een vijandelijke tankcolonne, die een tegenaanval moest doen, had slechts voor 10 km. benzine bij zich. De gewonden worden vnl. vervoerd met paard en wa- gen. Ten W. ven den Rijn voeren de geall. versterkingen aan voor een nieuw offensief. LUCHTFRONT. De R.A.F. bombardeerde verbindingslijnen achter de vijandelijke linies en het Ruhrgebied. De Amer. vielen Hannover, Ruhrgebied en E-boot- bunkers te IJmuiden aan. Woensdag werd voor het eerst een tien tons bom op een viaduct bij Bielefeld geworpen; 7 bogen zijn totaal vernietigd. Deze nieuwe bom is 8 meter lang en heeft een middellijn van 1m.25. Speciaal ge- bouwde zware Lancasters worden voor het werpen gebruikt. Zes man hebben een half uur noodig om de bom in het vliegtuig te plaatsen. De bom heeft een zeer groot doordringsvermogen en een geweldige explosieve kracht. Don- derdag bombardeerde de R.A.F. Zweibrücken en Homberg bij het nieuwe offen- sief van het 3e leger, alsmede olieraffinaderijen in het Ruhrgebied. De Amerikanen vielen spw.knooppunten bij Berlijn aan. Vanuit Italië werden 4 oliefabrieken bij Dresden en 3 olieraffinaderijen bij Weenen aangevallen. Bij het bombardeeren van de vijandelijke verbindingen bij het Balatonmeer grepen de begeleidende Amer. jagers in een luchtgevecht tussen vijande- lijke jagers en Russische bommenwerpers in, schoten 19 vijanden neer. Berlijn wordt nog steeds elken nacht gebombardeerd. OOSTFRONT. In O.Pruisen zijn de Russen tot een nieuw offensief overgegaan en drongen in de vijandelijke stellingen bij Koningsbergen door. Zoowel hier als bij Danzig worden de gevechten belemmerd door dooi, mist, regen en overstroomingen. In Breslau en Glogau woeden hevige straatgevechten. Bij het Balatameer doet de vijand nog steeds aanvallen met tanks en infanterie; de Russen moesten een plaatsje prijs geven, doch wisten dit na hevige ge- vechten te heroveren. VERRE OOSTEN. Op Mindanao is de hoofdplaats Saboanga veroverd, en zijn de Amerikanen dicht bij het vliegveld. DIVERSEN. Uit Washington wordt gemeld, dat de geall. opperbevelhebber slechts bereid is de onvoorwaardelijke capitulatie van kleine en groote legerafdeelingen te accepteeren, doch onder geen enkele voorwaarde een wa- penstilstand zal sluiten met de bevelvoering van het Duitsche leger. Wash- ington meldt dit, omdat er geruchten in omloop gebracht waren, dat gene- raal Eisenhower wèl bereid was een wapenstilstand te sluiten. Londen. De Poolsche regeering protesteerde bij de Groote Drie en China over het feit, dat zij niet op de conferentie van San Francisco is uitgenoodigd. De staatssecretaris van Buitenl. Zaken van de U.S.A., Stettinius, heeft verklaard, dat indien de provisorische Poolsche regeering van nationale eenheid nog op tijd gevormd en door de Groote Drie erkend wordt, zij aan de conferentie van San Francisco kan deelnemen. De Belgische Kamer heeft den minister-president van Acker bijzondere vol- machten verleend om de zwarte markt te bestrijden. In Duitschland zijn plannen ontworpen om 300.000 Duitsche dakloozen in De- nemarken onder te brengen. Er zal dan eerst een groote propagandaveldtocht gehouden worden om medelijden op te wekken. Overwogen wordt om niet slechts scholen en openbare gebouwen, maar zelfs gevangenissen hiervoor in te rich- ten. De Deensche illegale pers waarschuwt tegen deze nieuwe bedreiging. In Keulen zijn duizenden inwoners, die nog steeds in kelders leven. Daar- door is een schatting omtrent de grootte der bevolking onmogelijk. Deze kelderbewoners beschouwen hun oer-primitieve holwoningleven als normaal en zijn niet te bewegen tot het gewone leven terug te keeren. Zij zijn volko- men murw geslagen door de bombardementen. -o- -2- NEDERLAND IN HET LAGERHUIS. Minister Churchill heeft tijdens het debat in het Lagerhuis o.m. het vol- gende gezegd over het Nederlandsche volk: "Ik ben er zeker van, dat het Huis onze diepe bezorgdheid en medeleven met het Nederlandsche volk deelt." De premier sprak zijn bewondering uit voor de geestkracht, welke ons volk aan den dag legt tegen de verschrik- kelijke beproevingen in, welke de vijand opzettelijk veroorzaakt om ze te kunnen uitbuiten. Er is echter meer noodig merkte Churchill op, dan alleen medeleven, ook practische hulp, en dan zo snel mogelijk is dringend vereischt. Daarom hebben de geallieerde regeeringen de blokkade opgeheven ten bate van de verschepingen door het Zweedsch en Internationale Roode-Kruis. Er zul- len nog meer verschepingen plaats vinden, doch het vereischte tempo zal eerst dan bereikt kunnen worden, wanneer de vijand verdreven is of zich terugtrekt. In bevrijd gebied zijn teekenen van vooruitgang. De Nederlandsche re- geering heeft een invoerprogram nu opgesteld, dat door de Britsche en Amerikaansche regeeringen is goedgekeurd, alsmede door den generalen staf. Uit hoofde van dit plan zullen reeds nu voorraden naar bevrijd gebied worden gezonden boven de voorraden voor de burgerij, zooals deze in het militaire program zijn vastgesteld. Tenslotte deelde de premier nog mede, dat de Nederlandsche kinderen uit de gevechtszône, die geen goede verpleging genieten, naar Engeland ge- zonden zullen worden, waar zij na een verpleging van enige maanden in een kamp, bij Engelsche families worden ondergebracht. Talrijke families hebben zich daarvoor aangemeld. Op deze wijze zijn wij in staat op practische wijze onze bewondering en ons medeleven te toonen aan het Nederlandsche volk. -o- Minister Attlee bezocht Walcheren om de verwoestingen met eigen oogen te zien en de nooden en wenschen der bevolking te vernemen. Z.Exc was vergezeld door officieren van het geall.opperbevel, alsmede door den chef van het Nederlandsch Militair Gezag. Hij was niet slechts onder den indruk van de verwoestingen, maar tevens van den moed en de opgeruimd- heid der Zeeuwen. -o- In bevrijd gebied is het spoorwegverkeer hersteld in de provincie Noord- Brabant, al moeten wij ons daarvan geen overdreven voorstelling maken. Want wel tracht de directie haar devies: Veilig, Vlug, Voordeelig, te handhaven, maar het oude en zeer gebrekkige materiaal is oorzaak dat dit devies niet integraal zijn toepassing vinden kan. Burgers mogen reizen, (er is dan ook een spoorboekje verschenen), maar alleen wanneer hun reis dringend noodzakelijk is. -o- De R.K.Hoogeschool te Nijmegen is heropend. De materieele omstandigheden zijn natuurlijk gebrekkig, terwijl het onderwijs bovendien belemmering ondervindt van het feit, dat verschillende hoogleeraren zich nog in bezet gebied ophouden. -o- ZUID HELPT NOORD. In vele steden en dorpen in het Z. des lands worden voorbereidingen getroffen voor het opnemen van kinderen uit het thans nog bezet gebied, zoodra de vijand dit ontruimd heeft. Het Nederlandsche Roode Kruis kan reeds 250 kinderen 6 weken verzorging aanbieden bij particulieren in St.Michelsgestel. Ook Vught en tientallen andere dorpen en stadjes, welke mooi gelegen zijn en weinig van den oor- log geleden hebben, willen kinderen opnemen, opdat zij in een vredig milieu rust en gezondheid kunnen herwinnen. NOGMAALS IS VANUIT LONDON DRINGEND GEWAARSCHUWD OM GEEN LIJSTEN TE HOUDEN MET NAMEN EN ADRESSEN; LEER ALLE ADRESSEN UIT UW HOOFD !!! is het volkomen juiste advies. -o- -3- FRANKRIJK Het is spijtig te constateeren, dat Frankrijk een zoo opmerkelijke onhan- digheid ten toon spreidt in het contact met de groote mogendheden. Eerst de zeer onhoffelijke en onwelwillende houding tegenover President Roosevelt en thans weer de weigering om tot de uitnoodigende mogendheden van San Francisco te behooren, zijn op zijn zachts gezegd politieke blunders. De Fransche regeering is blijkbaar geheel vergeten, dat de Groote Drie ui- terst vergevensgezind geweest zijn van het moment af, waarop generaal De Gaulle het bestuur in handen nam; dat zij bijster snel bereid waren om te vergeten, dat de regeering van Vichy zich vier jaar lang heeft ingespannen om de Fransche energie en rijkdommen geheel ten dienste van het Derde Rijk te stellen. Zeer snel (al te snel?) gaven zij het bewijs van hun groote vertrouwen in het Fransche volk. Wat verwacht Frankrijk? Misschien dat het de leiding der oppositie in han- den kan nemen te San Francisco? Wij zouden onze regeering niet gaarne ad- viseeren om deze leiding te aanvaarden. Zeker houden wij van Frankrijk. Wij weten immers zoo heel goed, hoeveel wij te danken hebben aan dat land, dat ons de Romaansche cultuur bracht, waar- door onze eigen cultuur verrijkt en bevrucht werd. Maar dit verhindert ons niet te onthouden, dat Frankrijk herhaaldelijk ge- tracht heeft aan zijn eigen cultuur de hegemonie te verschaffen op het con- tinent, en zeer bijzonderlijk in de Lage Landen. Historisch is dit verklaarbaar uit den strijd der Fransche koningen tegen de Habsburgers, een strijd van twee cultureele beginselen. Deze verklaar- baarheid echter maakt ons niet blind voor de neiging van het Fransche volk om de eerste viool te willen spelen, waarbij het nog wel eens een valsche noot ten gehoore brengt. Natuurlijk heeft dit niets gemeen met de wereldveroveringsneiging, die de Duitscher vertoont. Frankrijk en Duitschland verhouden zich in dit opzicht als een concertkunstenaar en een dronken bootwerker, die "muziek" maakt op een spinazieblik. De Duitscher heeft geen notie van wereldheerschappij. Wanneer hij een aan- val krijgt van machtsdilirium, gedraagt hij zich naar rato. Maar dit verandert niets aan het feit, dat wij Frankrijk de leiding in de continentale aangelegenheden niet toevertrouwen. Het land heeft allerlei regeeringsvormen gekend, tot de meest corrupte toe, n.l. de nationaal-socialistische. Het is in den loop der tijden anti-Habs- burgsch, anti-Duitsch, anti-Nederlandsch, anti-Engelsch, anti-protestantsch, anti-clericaal, anti-republikeinsch, anti-democratisch geweest. (Waarschijn- lijk slaan wij nog wel een paar "anti's" over.) Op het gebied van zijn vei- ligheid lijdt het aan een angstneurose. Daartegenover staan de enorme geestelijke en zedelijke waarden in dit im- pulsieve en gevoelvolle volk, welke voor Europa en de wereld een onuitput- telijke schat, en voor Frankrijk zelf een nooit opdrogende bron van rege- nereerende kracht beteekenen. Maar dit neemt niet weg, dat wij, wanneer Frankrijk weer eens een of andere opzienbarende houding aanneemt, het critisch en nuchter in het oog wenschen te houden, en nadrukkelijk weigerachtig blijven om het te volgen op zijn voor ons - en niet alleen voor ons - al te emotioneele en impulsieve kron- kelpaden. Frankrijk als vriend, of - als men het beeld juister acht - als geliefde; maar niet als gids en evenmin als politiek toonaangevend. Wij houden te- veel van Frankrijk om de relatie door dergelijke verhoudingen te laten be- derven. Het gaat bovendien om meer, dan alleen hierom. Het gaat om wereld- politiek en wereldorganisatie, en op dit terrein heeft Frankrijk sinds Na- poleon weinig indrukwekkends te zien gegeven. Mogelijk is het, dat de regenereerende krachten in het Fransche volk het thans weer maken tot een staat, waarop men bouwen kan. Zoolang dit echter niet blijkt, zullen wij ons nuchter critisch houden t.a.v. de politieke faits et gestes van Parijs. De huidige regeering is wel wat erg voorbarig in het vragen van vertrouwen. Zij zal geduld moeten hebben, en zich moeten inspannen om het vertrouwen -4- der wereld te herwinnen. Eerst wanneer dat het geval is, zullen wij ver- der zien. -o- OORLOGSMISDADIGERS Rauters dood is voor den vijand een voorwendsel om een ontzettende terreur te ontketenen over ons volk. Honderden volmaakt onschuldigen zijn reeds doodgeschoten als hekatombe voor den oorlogsmisdadiger Rauter. De vijand noemt dit "collectieve verantwoordelijkheid", waarmede hij een schijn van rechtsbewustzijn tracht te demonstreeren. Dat hem dit volkomen ontbreekt is iedereen duidelijk. Wat hij in werkelijkheid demonstreert, is een oerprimitivisme, zooals het nog in het begin der vorige eeuw werd aangetroffen bij Afrikaansche neger- koningen. (Sindsdien heeft Groot Brittannië daaraan een einde gemaakt.) Stierf de koning, of een lid van zijn familie, of een zijner vrouwen, dan liet hij dikwerf honderden, soms duizenden, dooden. Een ontzaglijk weekla- gen vervulde den de dorpen van den stam. Nu is bij den neger inderdaad sprake van een (primitief) collectief bewust- zijn, waaruit de voormelde hekatomben gedeeltelijk verklaarbaar zijn. (Na- tuurlijk zijn er ook andere psychologische factoren in het spel.) Een soortgelijk bewustzijn bezit de hedendaagsche Duitscher, vooral de jon- gere generatie, die zich door het Hitlerisme vrijwillig heeft laten afstom- pen tot robots. Maar desondanks is het niet vol te houden, dat de Duitscher niet weet, dat hij onschuldigen vermoordt. Hij heeft zijn geweten uitgeschakeld, waar ook dit is geen vrijbrief, want iedere Europeaan weet, dat de mensch zijn geweten niet mag uitschakelen. De Duitscher weet, dat hij opzettelijk gewetenloos onschuldige menschen vermoordt. Dus is hij schuldig aan halsmisdaad. En dit geldt voor alle vijandelijke leger- en politietroepen hier te lan- de van welke de eerstgenoemde, voorzooverre zij niet zelf moorden, medeplichtig zijn, omdat zij de moorden, door de politietroepen gepleegd, met de macht hunner wapenen dekken. Niet slechts Seyss Inquart en consorten, niet slechts de z.g. hoogere S.S., maar alle vijandelijke troepen hier te lande vallen onder de categorie oor- logsmisdadigers, die voor het gerecht zullen moeten verschijnen om hun ge- rechte straf te ondergaan. -o- VRAGEN EN ANTWOORDEN Een lezer protesteert tegen ons antwoord op de vraag: "Wat is Uw oordeel over het Jodenvraagstuk?", welk antwoord luidde: "Er is geen jodenvraag- stuk". De lezer is van een tegengestelde meening. Wij persisteeren bij onze opvatting, welke echter alleen betrekking had op de verhoudingen binnen het Nederlandsche volk, dat de Joodsche Nederlander niet anders behandelt dan de niet-Joodsche. Dat er critiek werd uitgeoe- fend op de Joodsche eigenschappen en karaktertrekken, beteekent nog niet, dat er een Jodenvraagstuk bestaat ten onzent. Iets anders is het, wanneer men de Joden internationaal beschouwt. Op dit gebied hebben zij zelf een Jodenvraagstuk aan de orde gesteld door het Zi- onisme. In dezen zin echter achten wij een discussie thans niet opportuun. Er zijn omtrent Palestina, dus natuurlijk omtrent de Zionistische kwestie, onderhandelingen gevoerd door President Roosevelt en premier Churchill met de Arabische wereld, welke onderhandelingen echter, naar verluidt, niet ge~ slaagd zijn, en waaromtrent wij niets nader weten. Het komt ons juist voor om deze aangelegenheid te laten rusten tot het oo- genblik, waarop een overzicht en inzicht mogelijk is. Wij weten, dat in Joodsche kringen de neiging bestaat om na den oorlog een speciale behandeling te eischen voor de Joden, omdat zij het meeste zouden hebben geleden van den vijand. Wij hopen, dat men in die kringen ter rech- ter tijd tot een beter inzicht zal komen. -o-o-o-