Zondag 5-4-1970

De Siamese tweeling: leger en industrie.

Vergroeid in een pathologische eenheid vergiftigen zij het leven biologisch, psychologisch en moreel.
Een duistere macht van leugen, bedrog en geweld, die aanvaard wordt, omdat zij welvaart brengt, maar die dialectisch onhoudbaar is.

De consumptiemaatschappij.
De consumentenbond: hoe (in verband met de prijs), maar niet wat. Het "wat" wordt aanvaard.
Door een onafgebroken suggestie (reclame).
Teveel reclame werkt afstompend, maar vooralsnog is er geen te veel.
In hoeverre door de reclame?
In hoeverre door de imitatiedrang?
                 door de staatsbehoefte?
Mode en stompzinnigheid - (het stompzinnig imiteren)
Het onnodig veranderen van interieur.

In de oeverloze stroom der goederen het verlangen naar iets anders.

De gedachte, die onafgebroken gesuggereerd wordt: die van het grotere inkomen. Meer! Maar als er nu niet meer is, dan blijft alleen de verandering.
(niet te hebben, niet te plaatsen)

Hierbij komt dat in onze wereld de mensen onrustig worden. Materialisme sec, de verveling, (Ook vroeger sloeg men de tijd dood, maar men moest zelf slaan.) het gejacht.
Tweeëerlei angst: niet consumptief zijn en niet progressief zijn, de extraversie; waar is stilte?
(Er is ook stil samen zijn.)
                                                                         57
Handel en industrie zeggen voortdurend en nadrukkelijk:
wij brengen het levensgeluk.
De massa is dom en massaal (imiterend) en laat zich dit aanpraten. Zij laat zich alles aanpraten, mits te rechter tijd*. * (op het juiste ogenblik) Zij luisterde zelfs naar Hitler.
    Het volk der Dichter und Denker.
Hitler spitste het Europese nationalisme toe tot racisme, het pan-germanisme --> arierdom.

De geest des tijds - het geestelijk niveau.
De philosophie is ontaard in oppervlakkig gepraat, en god is dood.
Willgenstein - kwantiteit - dit is de tijd der kwantiteit.

Feitelijk berust de macht der industrie op de domme volgzaamheid der massa en op het feit, dat zij geen zedelijk houvast heeft, daardoor is zij ongeremd in haar propaganda van de hebzucht.

Nieuwe gedachten staalt en vervormt zij zo mogelijk. Bijv. hip.
Een hippie (huis)moeder)
Zij wierp zich op de tienermode.

Zij laat niets onbeproefd om de consument te vangen.

Maar zij kent het gevaar van crisis.
De laatste groter in de dertiger jaren.
Thans zekerheden ingebouwd.
                                                                          59
Desalnietemin is bijv. de dollar helemaal niet zeker (betrouwbaar).

Er is geen waterdichte zekerheid.
Dat weet men zeer goed.
Een garantie: de bewapening.
Strijdkrachten en leveranciers zijn niet gescheiden; zij beïnvloeden elkaar, regelen de dingen onder elkaar, zijn goede vrienden.
(Daarom spreek ik van de siamese tweeling)
Bemiddelaar in de USA is de C.I.A.
De industrie (ook de buitenlandse) steunt overal de militairen als zij haar belangen bedreigd vloelt.

Natuurlijk is er ook corruptie.
En de grote wapenleveranciers zijn niet enkel wapenleveranciers.

In een landje als het onze is er natuurlijk geen sprake van, dat de wapenindustrie van ons leger zou kunnen bestaan, maar geen enkele wapenindustrie denkt en handelt nationaal. Ook de Amerikaanse niet.
Wel heeft zij een achtergrond nodig waaruit zij zich rechtvaardigt.
Deze achtergrond is permanent oorlogsgevaar.

Het Russische gevaar.
(In mijn jeugd het gele gevaar)
Het vergroten van de angst hiervoor werkt crisisbezwerend.
Ook de kosten voor mislukte experimenten zijn soms zeer winstgevend.
De propagandisten van de bewapening verkleinen het gevaar van een oorlog voor het eigen volk. Teller.

De Amerikaanse wapenindustrie levert 10 % van het totale nationale product. Dit is veel.
                                                                    59
Natuurlijk is de oorlogsindustrie geen volstrekt middel tegen crisis, maar wel 'n middel, terwijl de buitenlandse dreiging een oud beproefd middel is om de aandacht van binnenlandse spanningen af te leiden.
(Het enige beproefde hierbij is, dat de feitelijke afleiding altijd mislukt.)

Ons huidige productie en consumtiesysteem heft het bezit op.
In dit opzicht assimileert de gehele industrie zich aan de oorlogsindustrie.

Het voordeel voor de producenten van oorlogsmaterieel is, dat het slechts eenmaal te gebruiken is, snel veroudert. Het is het ideale weggooiproduct. Munitie is oneconomisch want: gebruik = verbruik.

Dit geldt ook voor voedsel en dgl., maar dit wordt omgezet in energie.

Het geld heft zich als waardemeter op in de inflatie. Deze is alom en geld en goederen lopen ons tussen de vingers weg.

Het is daarom begrijpelijk, dat de gedragingen van mensen, in dit geval vnl. jonge mensen, die niet of zo weinig mogelijk willen werken en zich niet bekommeren om bankstellen enz.
Eigenlijk werkt men voor niets - om niets over te houden, Men koopt voor fl 1000.- en gooit ze (het gekochte) een paar maanden/jaar weer weg.

Het opheffen van het bezit: wij drukken ons niet meer uit in onze directe omgeving.
De jeugd in haar vreemde kleding vraagt weer een eigenpersona te ontwikkelen.
                                                             60
Het massaproduct is door en door onpersoonlijk.

Geen idealen - behalve zakelijk - geen pers. omgeving.
Een wereld die barst van producten, maar die leeg is, want geesteloos.
Vanzelfsprekend vloeit hieruit voort:
verzet  tegen   - de oorlog
                       - macht van het leger.
                       - macht van de concerns.
Overal maken de milititairen zich gehaat. (Griekenland, Indonesië, Z.Vietnam enz.)
Zij worden in staat van beschuldiging gesteld wegens moord en sluipmoord, maar niet met zoveel woorden.
Zij wekken angst.
Galbraith eist parlementaire controle. Welke waarde heeft deze?
                                  -------

Aandachtspunten: niet overgenomen. (niets nieuws)
                                    ---